Zondag 9 oktober 2016
Ochtendzon gecombineerd met lage wolken op de heuvels en de dorpen die op hun toppen zijn gelegen. Ik wacht met de camera op het moment dat de eerste stralen op de basiliek gaan vallen, die nu nog volledig in de schaduw ligt en af en toe zelfs gedeeltelijk onzichtbaar is door een wolk. Tevergeefs, dat moment komt niet.
We rijden de kilometer naar boven om bij de kerk te komen, waar een goed bezochte mis gaande is. We mogen gewoon naar binnen lopen, dat vind ik altijd sympathiek van die katholieken. Hoef je bij de protestanten niet te proberen: als de dienst begint, gaan de deuren dicht.
De kerk heet Basilica Minore dell’ Addolorata. In september 1890 is begonnen met de bouw. Dat had te maken met het feit dat de Maagd hier in de periode tussen eind maart 1888 en begin 1890 behoorlijk tekeer is gegaan. Verschillende verschijningen, een wonderbaarlijke genezing en of dat nog niet genoeg was, een waterstraal die spontaan uit een rots ontsprong. Dat laat je niet ongemerkt voorbijgaan.
Omdat de weg naar de basiliek doodloopt, keren we na dit moment van inkeer om, richting Campobasso en Foggia. Twintig kilometer voor Foggia slaan we af naar de kust. Het landschap wordt vlak en de dorpen armoedig, kenmerk: veel zwerfvuil in de straten en langs de wegen.
Het enige wat opknapt is het weer. Niet dat het vreselijk slecht was, maar alle wolken lossen op en als we om 2 uur de eerste blik op het Lago di Lesina en de zee werpen, is het wolkenloos.
Torre Mileto, armoe. Alles is dicht. Langs de weg staat een auto met fruit. Het enige wat er een beetje uitziet zijn de appels, twee voor een Euro. Bij de groenteman staat een andere man met een hondje in zijn armen. Tot onze verbazing spreekt hij ons aan in het Nederlands. Heel verhaal: hij heeft gewoond en gewerkt in Waalwijk en heeft spijt als haren op z’n hoofd (en dat zijn er nog veel) dat hij terug is gegaan naar Puglia. Het is hier pure ellende, zegt hij.
Laten we dan die appels maar kopen.
’t Is ook de eerste confrontatie sinds lang met zwerfhonden. Zodra we uit de bus stappen, komen ze naar ons toe en dat wil je niet. Ze zijn te smerig om naar te kijken; één heeft grote tumoren aan zijn kont hangen. Je snapt niet dat ze de dieren niet uit hun lijden verlossen.
Nog een puntje: de slechte wegen! Zal ook wel bij de armoe horen.
Foce Capojale, Rodi Garganico….zoeken naar WiFi. Valt niet mee, veel tenten zijn dicht en als we er eindelijk één met WiFi treffen, kent het personeel het wachtwoord niet. De baas komt over een uur, maar het kan ook wat later worden.
Eindelijk, bij Vela Club Albergo is het raak. En bovendien kunnen we zo’n honderd meter verderop pal aan zee staan. De weg loopt er langs, maar is zo lokaal dat we er van uitgaan dat die ’s nachts rustig is. Naast de Vela Club ligt een kleine camping, die open is en weer iets verderop is een doodlopende inrit met genoeg ruimte. We kiezen toch voor de plek aan zee.
Menu van de dag: geen boodschappen gedaan, toch een menu: rijst met knoflook, kerrie en verse gember. Nog zo’n worstje van gisteren en de rest van de savooie kool, opgeleukt op de bekende wijze.
Vogel van de dag: roodborst
Laat komen er nog Fransen; soort Carnote-effect., maar ze staan ver genoeg van ons vandaan, zodat we elkaar over en weer niet storen.
Die Basiliek staat er toch heel fotogeniek op!
Ja he? Mysterieus…..
Mooie foto van die basilica. Lijkt wel op een plaatje uit een sprookje.
Hoeveel km rijden jullie per dag? xx