Zaterdag 27 mei 2023
Sinds de drie mensen van de Audi gisteren hebben we tot ons vertrek niemand meer gezien. Heerlijk! Nou…vanochtend één auto die twee keer langskwam rijden. Juist: een keer heen en een keer terug. We merken dat we wat moeite krijgen met veel mensen om ons heen. Dus als we terug thuis zijn, moeten jullie allemaal maar gauw bij ons komen eten, dan kunnen we weer een beetje wennen!
‘t Is wel leuk om zo vanaf de overkant van de rivier op het stille dorp te kijken. Want stil is het; we horen zelfs geen auto of motor rijden. Het enige geluid is van de kerktoren, die een liefelijk soort gepingel voortbrengt; het zou ook van een ijskar kunnen zijn, die de straat in komt.
Er staan nog huizen die echt van stukken rots zijn gemaakt, mooi om te zien en verder springt er één huis uit, omdat het turquoise is geverfd. Gisteravond toen het donker was, zag Gerda dat het ook nog eens verlicht werd, misschien toevallig door een straatlantaarn.
O, nu vergeet ik nog een passant te noemen: vlak voor we hier vertrokken, kwam de geitenhoeder weer langslopen. Dit keer zonder geiten, maar met een grote hakbijl over zijn schouder! Zo lieflijk en onschuldig het beeld van hem gisteren was, zo kan het vandaag alle kanten op!
In verband met het feit dat we geen enkel geluid horen vanuit het dorp, moet ik denken aan de tijd dat ik in St. Maartensdijk woonde. Als je daar aan de Oosterscheldedijk stond en het was stil, bijvoorbeeld ‘s avonds, dan hoorde je vanuit Yerseke, dat aan de overkant ligt, de mensen op straat praten. Om maar te zwijgen over het geluid van brommers. Nu is het riviertje dat tussen ons en Fráguas ligt smal en het kan geluid niet op de manier dragen zoals de Oosterschelde dat deed, maar het verbaast me dat de huizen er niet voor zorgen dat wij de echo van het geluid kunnen horen. Een mogelijkheid is ook, dat er geen enkel geluid te horen is in het dorp. De meeste dorpen waar we doorheen rijden, zijn overdag al uitgestorven en stil, laat staan ‘s avonds.
Van Lamego vangen we een paar mooie glimpen op, o.a. het Santuario met de trappen, 600 treden! Laat maar..
We lunchen bij Peso da Régua met een mooi uitzicht op de bruggen over de Douro. Omdat er een nieuw pak melk open moet, maken we wederom kennis met de terreur van de verpakkingsindustrie. Met evenveel recht zou je in plaats van terreur het woord ‘blindheid’ kunnen gebruiken, maar er zijn vast nog betere termen voor, die mij nu niet invallen. Ik bedoel te zeggen dat het lijkt alsof de bedenkers van verpakkingen alleen maar met zichzelf en het product bezig zijn, in plaats van zich te verplaatsen in de gebruiker (m/v) om te proberen deze een leven met prettige openingen te bezorgen.
Gisteravond wilde ik de waterfles even vasthouden tussen m’n knieën omdat er geen ruimte was om hem neer te zetten. De fles is te zacht daarvoor en m’n sokken zijn vandaag nog steeds niet droog. Het melkpak…daar moet je een studie van maken. Ik vind mezelf niet dom en ook niet onervaren met verpakkingen openen, maar wat doet, nadat je de dop eraf hebt, dat plastic tunneltje met scherpe punten nog in de ‘tuit’ van het pak? En als je dat er eindelijk uit hebt gefrut, kijk je tegen een soort plastic afsluiting aan, waar je echt niet je vinger op moet zetten om hem naar beneden toe open te drukken. Dat deed ik de eerste keer, waarna je de helft van de melk kan opdweilen. Nu kan het zijn dat dát nou juist de bedoeling is van het hele verpakkingencircus. En dan heb ik nog niet eens over alle kazen, vleeswaren etc. die verpakt zijn in plastic met ‘handige’ hoekjes. Ik vraag me ook altijd af of de mensen die dit soort dingen bedenken zelf wel eens iets openmaken.
Salamanca is van de baan, we gaan nu richting Chaves en Ponferrada. Op een oude kaart van ons staat in de buurt van de laatste stad ‘heel mooi’ geschreven. We hebben beiden geen idee meer waar het over ging. Tja, wat dat betreft, kan je net zo goed thuis blijven.
Dan hebben we nog wat problemen met de navigatie onderweg naar Vila Pouca de Aguiar. Ik zal jullie er niet mee vermoeien. Langs de route die we rijden, zien we niet echt geschikte plaatsen om vannacht te staan. Dus het wordt één van de twee mogelijkheden in Vila Pouca en wel een vrij groot, nagenoeg leeg parkeerterrein aan de achterkant van het zwembad, bij nog andere sportfaciliteiten. We gaan achter de vrachtwagencombinatie staan, die hier mogelijk de Pinksterdagen moet doorbrengen. Het geheel ziet er niet echt aanvallig uit en de meteo voorspelt vanaf 18:00uur constante regen met ook onweer.
De regen is op tijd. Wij vinden het toch een prima plek, tot de regen heel heftig wordt en ons laag gelegen terrein mogelijk vol zal lopen met water. We hebben het er serieus over of we zullen verkassen naar een hoger gelegen plaats. Als we op de meteo zien dat er intussen een droge periode wordt aangegeven vannacht, besluiten we om te blijven.
Dan ineens gebeuren er dingen, waar we geen zak van begrijpen. Een pick-up komt met gierende banden en luid claxonnerend rondjes slippen op ‘ons’ terrein, waarna de trekker van de oplegger los wordt gemaakt en eveneens luid toeterend samen met de pick-up het terrein verlaat. Lang verhaal kort: er is hier iets aan de hand. Van tijd tot tijd is er vuurwerkgeknal, er komen meer auto’s die toeterend door de straat gaan, op den duur ook met schreeuwende mannen erbij. Want… het zijn allemaal mannen. Intussen is het hier half elf, ze komen niet meer langs ons terrein, maar in de verte horen we hen met enige regelmaat nog claxonneren. Is het vreemd dat het woord ‘voetbal’ in onze gedachten komt?
Intussen..menu van de dag: pimientos de Padrón, gamba’s met knoflook.
Mijn wens: geen fans.