Een relax-ed einde

Maandag 23 mei 2022

Een warme, maar rustige nacht. Toch ligt de stress altijd op de loer. Vanochtend is dat de ontdekking dat er plak van de bomen op de auto is gedruppeld, en nóg. Dat is niks voor Gerda, die met het restje afwassop aan het poetsen gaat. 

Eén van de andere twee auto’s is een 4×4 Iveco, hoog op de poten en uitgerust als een overlander. Vanochtend begint de man een praatje met Gerda, waarin hij zegt dat hij niet zo’n hoge pet op heeft van de Kroaten. Eigenlijk bevestigt hij wat wij ervaren en ik al eerder schreef; vergeleken met andere landen wordt je hier niet echt gastvrij ontvangen. Nogmaals: uitgezonderd de mevrouw van dit Camp Raca. Wij noemen het ‘onvriendelijk’, hij noemt het hautain. Hij vertelt dat hij zich eergisteren ziek voelde, zó erg dat hij en zijn vrouw hadden besloten om de volgende dag terug te vliegen naar München. Hij kon eigenlijk niet meer autorijden, zijn vrouw heeft geen rijbewijs en daarom vroegen ze aan de plaatselijke mensen of ze dan misschien bij uitzondering die nacht vóór hun vertrek op de parkeerplaats daar mochten blijven staan. Geen sprake van, ze moesten vertrekken. 

In tegenstelling tot Kroatië ondervind je in Montenegro en Albanië geen enkel probleem, zegt hij, je mag daar staan waar je wil. We gaan het zien. 

De rest van de kleren die we vanochtend pas hebben gewassen, zijn allemaal (bijna) droog als we tegen twaalven vertrekken. Bij het uitchecken blijkt dat ze geen Euro’s accepteren en pinnen kan niet. De ATM, waar kuna’s uitkomen, brengt redding. 

Het landschap langs de kustweg die we rijden is eentonig, behalve dat de Velebit-bergen opvallend hoog en ruig zijn. Geen beren, adelaars of ander gespuis gezien. Aan onze rechterhand hebben we steeds uitzicht op lichtgekleurde, kale eilanden, wij vinden dat erg mooi. 

Als we stoppen om koffie te drinken, staan we precies tegenover het eiland Rab, waar ik het eerder over had en waarvan de gelijknamige hoofdstad zo ontzettend mooi schijnt te zijn dat je ‘m niet mag missen. Twijfel….maar we kunnen niet ‘eeuwig’ in dit land blijven hangen, dus: rap verder.  

De motorrijders onderweg worden we aardig zat. Een minderheid gedraagt zich normaal, de meerderheid hangt bovenop de achterbumper van je auto, klaar om zodra het even kan het gas vol open te draaien en je met een gierend gejank te snijden, waarbij de bagagetassen rakelings langs de voorkant van de auto scheren. Als het er een stuk of zes na elkaar zijn, word je helemaal gek van het lawaai en daarom gaat het linker portierraam dicht. 

Vandaag geen Lidl helaas, maar supermarkt Studenac. Die naam is nu van ons lijstje geschrapt; wat een schande dat je zulke zacht en/of bruin geworden groentes durft te verkopen. Sommige zijn gewoon verrot. Na lang zoeken, vissen we er een bloemkool en een pakje groene asperges uit. De rest is niet om aan te zien. 

Het meisje bij de vleeswaren is weer een voorbeeld van de onvriendelijkheid die we vaak tegenkomen. Te eerste pleurt ze met een onverschillige beweging de plakken mortadella op een slordige hoop op het inpakpapier, waarna ze het pakje met een glimlach, die geen glimlach is, aan ons overhandigt. Ik bedoel daarmee, dat ze haar mondhoeken even opzij trekt, zoals bij een lach, alleen is het in haar geval een plichtpleging; er zit geen enkel gevoel bij, haar ogen blijven koud en  ze wendt haar gezicht wat van ons af.

Mooi kaal

Liefdeloos neergekwakt

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De locatie daarentegen is prima en we lunchen tegenover de winkel aan zee met uitzicht op het eiland Pag denken we.

Verder is het eigenlijk een wat saaie dag; de kustweg blijft slingeren door steeds hetzelfde soort  landschap en wij doen mee. Met deze temperatuur kan je beter in de auto met airco zitten dan je buiten een beetje uitsloven. Echt opschieten doet het niet. Daarom gaan we voorbij Park Paklenica de snelweg op richting Sibernik. Bij Benkovac betalen we de tol en gaan terug naar de kust. We hoopten op een bijdrage van Park4night: dat er eindelijk eens een leuke mooie parkeerplek voor de nacht wordt aangegeven. Nee dus, niks. Het wordt weer een camping. Ze zijn allemaal een verschrikking, tot we over een onverhard en erg stoffig wegje bij Camp Relax aankomen. Het is de beste plek die we tot nu toe zagen. Schaduw onder de bloeiende olijfbomen (hadden we nog nooit gezien), weinig volk, een trapje af naar een vlonder aan zee, uitzicht op verschillende kleine eilanden en een eigenaar die zo enthousiast is dat hij door mijn open raampje naar binnen spuugt. Het is ergens bij Pakostane.

Bloeiende olijfbomen

Relax…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hij vraagt €30,- en we hebben er maar 28. Hij vindt dat niet genoeg en zegt dat we terug naar een ATM moeten om te pinnen. Zijn vrouw, die iets later bij ons komt kijken, denkt daar anders over en regelt het met hem. 

Aan de ene kant staat een Pössl met een wat ouder paar, waarvan vooral de man nieuwsgierig is en ons constant met zijn blik volgt. Echt iets voor mij! Aan de andere kant een personenauto met daktent en een sympathiek stel, dat vriendelijk groet, maar verder duidelijk uitstraalt dat we elkaars privacy respecteren. Dat we allebei een daktent hebben, is wel een dingetje: wij horen hen praten en zij ons natuurlijk ook, om over andere geluiden maar te zwijgen. Over privacy gesproken….

Vlinder van de dag: klein geaderd witje.

Menu van de dag: rijst met tonijn, kappertjes en sojasaus, groene asperges, gebakken ei. 

Het liefst rijden we morgen Kroatië uit om hopelijk in Montenegro onder de campingterreur uit te komen. En ja, Gerda heeft gelijk als ze zegt dat de locatie met al de olijfbomen prachtig is, net zoals het uitzicht. Alleen….waren we hier maar alleen.

 

 

 

 

2 thoughts on “Een relax-ed einde

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*
*
Website