Zaterdag 18 juni 2022
Gisteren tijdens het lunchen onderweg, hadden we zicht op een ooievaarsnest. Onze hele lunch lang stond het dier daar in de brandende zon zijn (of haar) jongen te bewaken en misschien ook te hopen dat zijn/haar partner, met wat eten thuis zou komen. Die observatie leidde tot de diepere gedachte, die ik jullie niet wil onthouden, dat het natuurlijk niet vreemd is dat zo’n dier daar op den duur knettergek van wordt en zich gaat inbeelden dat het als een gek overal baby’s moet gaan bezorgen.
Gelukkig sliepen we vannacht beneden met de klep dicht, zodat we geen last hadden van de weekendmuziek die om een uur of drie onze sanitaire pauze met een straf ritme begeleidde.
Verder las Ger nog dat op 2 kilometer afstand van onze plek hier aan het meer, het grootste grottenstelsel van Griekenland ligt. Wie weet kunnen we dat op de terugweg nog bekijken.
De roeiclub, waarvan hier op het terrein het clubhuis staat, is met allerlei boten aan het trainen op het meer en onze Franse buurman, die vannacht heeft geslapen in een hangmat, hangt nu met allerlei apparaten aan een boomstam zijn goddelijke lichaam te trainen. Ik zeg tegen Ger: “Hij slaapt dan wel buiten, maar heeft in elk geval altijd zijn Duster bij zich!” (Dacia..🤣)
We verlaten deze relaxte plek niet zonder te betalen, hoewel ik de gasten die eerder dan wij zijn vertrokken niet heb zien stoppen bij het kantoortje. Gerda loopt er wel heen, hoewel het geen 15:00 of 19:00 uur is. Er komt een vrouw naar haar toe die begrijpt dat het om campinggeld gaat en ondanks het ‘verkeerde uur’ toch afrekent. Lekker georganiseerd allemaal.
Op de route naar Zagori komen we langs Asfaka, waar een Tourist Office zou zijn volgens Waze, maar ach, Waze is wel eens meer in de war. We rijden door en in de buurt van Asprangeli staat er zomaar eentje langs de weg. Van een enthousiaste medewerkster krijgen we een stapeltje folders en aan de hand van een levensgrote landkaart, die in een kleine expositieruimte staat opgesteld, geeft ze ons en nog een paar anderen uitgebreide informatie over de streek. Veel te uitgebreid, maar goed, je steekt er altijd wat van op, o.a. dat we ín de dorpen moeten overnachten. Erbuiten is niet alleen verboden omdat het om natuurparken gaat, maar ook omdat het te gevaarlijk is qua wolven en beren. Daarbij komt dat er voor vanmiddag noodweer is voorspeld en in dat geval kan je te maken krijgen met serieuze wateroverlast, vallend gesteente enzovoort. Wij weer!
We besluiten om eerst naar Kipi te rijden en vandaar over nog een paar dorpen naar Skamneli. We zijn blij met een wat ander landschap, iets lagere temperaturen en de authentieke dorpen, die er goed uitzien, hoewel er natuurlijk het nodige gerestaureerd is. Onderweg scoren we al verschillende heel oude voetgangersbruggen (18e eeuw), waar dit gebied mede bekend om is. Ze zijn ooit door de bewoners gemaakt om contact met andere nederzettingen te leggen en te onderhouden.
Natuurlijk zijn er toeristen, zó vergeten is het gebied nou ook weer niet, alleen we zien er weinig. Bij parkeerplekken, waar iets bijzonders te zien is, staan steeds dezelfde paar auto’s. De dorpen zelf rijden we niet in, want je komt er nóóit meer uit, althans wij niet! Ze zijn echter zo klein en er is zoveel niveauverschil dat je vanaf de doorgaande weg al heel veel ervan kan zien. Wat we niet zien is ook fantastisch: reclameborden, toeristenwinkels en ander commercieel kleurengeschreeuw. Grijs is het, grijs, heel veel soorten grijs! En er is rust. Zelfs het noodweer dat was gepland, laat ons nog steeds met rust.
Bij Skamneli hadden we verder kunnen rijden, de weg loopt nog een behoorlijk eind door, maar eindigt op de kaart in een soort stippellijn. We schatten in dat we daar sowieso zouden moeten keren.
Om te overnachten, gaan we terug naar Koukouli, wat niet erg is, want om een ander gedeelte van Zagori te zien, moeten we in elk geval bijna de hele route vanaf het informatiecentrum terugrijden. Er is geen doorsteek. We staan aan de rand van het dorp een beetje langs de kant van de weg, met wat uitzicht, niet vervelend.
Na een poosje staan er plotseling twee mensen voor de open schuifdeur, een mannelijke hippie van middelbare leeftijd met dreadlocks en een jongere vrouw, die van Chinese afkomst blijkt te zijn. Ze hebben wilde kersen en aardbeien voor ons geplukt! Hoe lief kan je zijn. Voor zichzelf hebben ze nog een kruid dat goed schijnt te zijn voor het één of ander en een grote paddenstoel, die wij er wat onsmakelijk vinden uitzien. Ze vertellen dat ze na een vakantie hier verliefd waren geworden op het dorp en er wilden wonen. Hoe het precies is gegaan, weet ik niet, maar het schijnt dat ze van de bewoners een huis hebben ‘gekregen’ om er op te passen of voor te zorgen…zoiets. En daar wonen ze nu, vlak bij onze parkeerplek.
Menu van de dag: pasta als gisteren, roerbak paprika, gerookte zalm.
Onderweg op een aangelegde kleine heuvel zagen we een groot standbeeld staan, we waanden ons even in Rusland. Dat vroeg om een foto, waarvoor ik jullie speciale waardering vraag. Wij kwamen net iets eerder aan dan twee jonge Griekse stellen, alleen zij haastten zich rechtstreeks naar boven naar het beeld en ik koos een andere benadering. Gevolg: pas na een kwartier vertrokken ze na minstens 50 foto’s gemaakt te hebben in even zovele standjes en, zoals ik sjagrijnig tegen Ger zei, na alle vier minstens twee keer te zijn klaargekomen.
En het standbeeld? Anoniem; een eerbetoon aan de vrouwen van het Pindosgebergte. Dat had Gerda nota bene aan diezelfde stellen gevraagd toen ze terug bij hun auto kwamen.
Hoho, hier doe je het standbeeld en vrouwen tekort. Ook wij zijn hier al eens naar boven geklauterd en hebben er diverse foto’s gemaakt. (Of we toen ook klaargekomen zijn kan ik me niet meer herinneren. :))
Het beeld “ The woman of Pindus” is een hommage aan de vrouwen die lopend door de bergen de mannen aan het front voorzagen van munitie en proviand tijdens hun strijd tegen de Italianen in de tweede Wereldoorlog
Vrouwen van staal dus!! Net zoals hef beeld overigens.
Ok dan! Alleen begrijp ik niet wat dat ‘tekortdoen’ dan is, maar gelukkig maak jij het goed! 😉
Riet en Gerda,
Met al die omzwervingen en kilometers die jullie gemaakt hebben komt de volgende gedachte bij mij op. Het altijd onderweg zijn, de omgang met ontberingen, de romantiek van het zelfvoorzienend zijn, de hang naar onbekende verten; weet ik het zeker, jullie beide zijn het product van een romance tussen een Roma of Sinti vrouw met een internationaal rijdende trucker. En ja, die ooievaar heeft zeker een rol gespeeld bij jullie landing in Nederland. Ger heeft het meest van vaders kant, goed met de bandjes, ritme van de motor en ziet alle vogels vliegen. Riet heeft meer van de zigeuner kant, altijd een schone vloer, verzorgt menu en excellente communicatie met de incrowd. Samen leuker dan Kuifje en Bobby om te volgen all over the world.
Mooi gesproken Corien en….getuigend van een diep inzicht! Tot gauw!