Maandag 19 mei 2025
Gisteravond? Niks te melden. We stonden alleen en we bleven alleen, wat een rust!
Vanochtend is het 12°, wolken en zon. Even de kachel aan om de overgang van bed naar breakfast te verzachten.
Wat een plek en dan de vogels! We horen op z’n minst één bijzondere zang en Gerda haast zich met haar app naar buiten. Er worden veel vogelsoorten aangegeven, waaronder de voor ons onbekende bosrietzanger en…de spotvogel! Alleen: spot maar eens een spotvogel in het dichte groen. Maar zodra de zon even flink blijft schijnen, komt die bijzondere zang uit de top van een hoge struik recht voor onze auto. De kijker! En jawel, wat zit daar op het bovenste takje met zachtgele borst naar de zon gekeerd te zingen, juist… een spotvogel! Fantastisch, die hadden we nog nooit gezien, vogel van de dag. Verder ziet Gerda een puttertje en de merel vliegt af en aan.
Om half negen arriveert de eerste auto met visser. Wat wordt er, in elk geval hier op Seeland, veel gevist. De vissers hijsen zich allemaal in van die waterdichte pakken met schoenen eraan vast en staan dan in zee. Terwijl volgens mij in Nederland zeevissers als regel op een pier staan of op het strand; de watjes.
En het gaat maar door: we zijn nog niet bekomen van de spotvogel of er komt een ree aangelopen, die ons scherp in de gaten houdt, maar niet te bang is om het parkeerterrein over te steken.
Voorts lezen we op een informatiebord dat hier de roodbuikvuurpad leeft, die eigenlijk een kikker is. Tot slot: er zweven twee erg grote roofvogels vrij hoog over ons heen, die Gerda te laat in de gaten heeft om ze te herkennen. Het lijkt de Galapagos wel!
Het is al vrij laat als we aan onze wandeling naar de vuurtoren beginnen, maar nog wel ochtend. De toren (1844) is niet spectaculair, met wat gebouwtjes erbij en een koffietent: Café Fyret. Leuk om gezien te hebben en zeker om onderweg over zee uit te kijken met andere eilanden aan de horizon. Op de terugweg komen we langs struiken en boompjes die totaal overwoekerd zijn met, ja, met wat? Zijn het spinnenwebben of heeft misschien een ander dier dit gemaakt? Vanaf de webben hangen lange draden tot bijna op de grond, waar kleine wormen langs kruipen. Dit zagen we niet eerder.
Na de koffie vertrekken we om een uur of twaalf naar de Lidl, waar we in het gras een roek zien scharrelen en dan verder richting Kopenhagen, het is zover. Eerst waren we van plan een hotel te zoeken, maar nu we weten dat er in de stad campings zijn, hebben we besloten om naar camping Bellahøj te rijden. Een grasveld midden in de stad, zeker twee voetbalvelden groot, waar elk jaar vanaf mei een camping wordt ingericht.
Wel nog even lunchen onderweg. Bij een paar kleine meren slaan we af en vinden een plek langs het wegje op een breed stuk gras, beetje in de schaduw want de zon op de geparkeerde auto is heftig. Het meertje zien we bijna niks van want er staat vrij dichte begroeiing tussen ons en het water. Ik heb de melk nog niet ingeschonken of er komt door het groen heen een rijk getatoeëerde gezette man naar ons toe om te zeggen dat we hier niet mogen staan: dit is privéterrein. We geloven het, maar ja…als er geen borden of wat dan ook zijn, die dat aangeven, denken wij dat we ‘gewoon’ even in de berm staan. Bovendien kunnen we niet rijden met twee volle glazen melk. De borden hebben er wel gestaan, zegt hij, maar die halen mensen die er willen parkeren gewoon weg. Nou ja… het zal. Hij is nu door de eigenaar ingehuurd om indringers te verjagen. Het wordt geen naar gesprek, hij snapt ons ook wel en wenst ons een smakelijke lunch.
De rit naar Kopenhagen gaat voorspoedig met de intussen bekende ergernissen. Die hebben te maken met het feit dat je op veel wegen constant van snelheid moet wisselen. Alles vanaf 50, 60, 70, 80 en 90 km./uur komt in een razend tempo aan bod. Bij elke bushalte, zijweg, paar huizen of iets wat aan onze aandacht ontsnapt, verandert de toegestane snelheid. We herinneren ons dat dat op een eerdere reis naar en door Noorwegen ook een ergernis was. Dikwijls moet je binnen een paar kilometers drie keer van snelheid wisselen. Daar ga je met je cruise control.
Goed..Kopenhagen. Het grote grasveld van onze bestemming is leeg, dat ziet er niet goed uit. Bij navraag horen we dat deze camping pas 1 juni opengaat. Daarom namen ze de telefoon natuurlijk niet op! Wat nu? Ik wil naar het Tourist Office omdat ik denk dat die passende informatie hebben over alternatieven, zodat we niet eindeloos rond hoeven te rijden. Doen we. De eerste indruk van de stad is dorps, meer naar het centrum wordt het steeds drukker, we worden gek van de fietsers en de Denen die heel sloom rijden. Het Tourist Office is niet op de aangegeven plek. Bij het ‘Lost&Found’-kantoor van de spoorwegen zeg ik dat wij zelf ‘lost’ zijn, terwijl Gerda in de knipperende auto illegaal geparkeerd staat. De man wijst ons het Office. Daar aangekomen moet ik weer illegaal en asociaal op de stoep staan, terwijl Gerda naar binnen gaat. Ze wordt begroet met de vraag wat ze eigenlijk komt doen, want ze zijn gesloten! Nog geen vier uur ‘s middags…
Als alternatief krijgt ze wel de naam van camping Absalon, een kilometer of acht rijden. Mijn geduld is op en al tierend rij ik erheen. Scheldend op de rijstroken, waarbij je pas vlak voor de stoplichten kan zien of je op de juiste baan zit, o.a. omdat de witte verf bijna onzichtbaar is, en dat ik absoluut niet ga fietsen in Kopenhagen, dat boerendorp! etc. Gerda wordt niet boos, ze snapt het.
Zonder slachtoffers te hebben gemaakt komen we bij de camping, een verademing. Vriendelijke ontvangst, rust en 17 minuten met de trein naar het centrum.
Wat ons verder opvalt in Denemarken: geen abelen langs de kust, sterker nog, geen abeel gezien.
Menu van de dag: verse kabeljauwfilet, groene asperges, aangevuld met wat witte omdat we anders tekort denken te hebben. Erbij (is vast een schande) een koele tempranillo.
Morgen meer o.a. over deze stad!
Die spinraggen en rupsjes die via draden omhoogklimmen zijn waarschijnlijk van de witte stippelmot.
Wat goed dat je dat weet. Ik heb gelezen wat de mot doet en het lijkt me aardig kloppen met wat we zagen! Ongelofelijk van zo’n beestje.
Ja, de één spot vogels en de ander vlinders.
Zo is dat. Oud Zeeuws-Vlaams gezegde: verschil moet er zijn! 😘
Tierend in Denemarken? Op verkeersborden , belijningen en zelfs fietsers, terwijl je zelf in Amsterdam woont? Relax Riet 🤣
Ken jij dat niet dan? Dat je geduld ff helemaal op is en niet zoveel kan hebben? Ik liet de emotie even de vrije loop, tegelijkertijd wetend dat er ook andere kanten aan zitten…. Mocht ik van mezelf.