Iets met een bus..

Donderdag 8 februari 2024

Ochtendberichten:

Gerda wordt wakker: “Het is negen uur! Dat wordt zeker weten geen ontbijt!”Ze springt tierend uit bed, rukt de gordijnen open, stormt naar de badkamer, draait de douchekraan open en gaat onder de koude stralen staan. Het duurt namelijk altijd een paar minuten voor het water warm wordt. Intussen – ik word meestal kalm bij calamiteiten – til ik de klep van de iPad op en zie 8:00 staan. Nee hè, de geschiedenis herhaalt zich. “Ger, het is pas acht uur!”

Het gemopper neemt af en ze vraagt of ik voortaan de tijd wil bewaken. Lijkt me niet zo’n goed idee, want ik ga over het algemeen wat slordiger met de tijd om dan Gerda. We gaan het zien; de wekker zetten lijkt een simpele oplossing. 

Santiago vertelt desgevraagd dat de gasten die gisteren hadden gereserveerd voor het diner, niet zijn gekomen. Wij moeten beslissen of we vanavond weer hier eten en na wat getwijfel, geven we het jawoord. Het risico dat we vanmiddag lang moeten zoeken naar iets leuks dat open is, nemen we daarmee niet.

Fuerteventura en zijn monumenten

Eekhoorntje

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Omdat Gerda’s code van haar creditkaart thuis ligt en de mijne niet klopt, app ik baas Ivan of hij de gegevens van zijn bank naar me wil sturen, dan schrijf ik het bedrag voor de kamer alvast over. Hij reageert vlot en binnen een kwartier is het geregeld. 

Het is half bewolkt, 24° en wat heiig.

Ger zoekt de vogels op, die ze gisteren zag vliegen (ja, ze ziet ze wel eens vliegen!); het waren casarca’s. 

Dit alles passeert de revue alvorens we beslissen waarheen vandaag. Een normaal mens zou al weer bekaf zijn. Vriendin Wobke stuurde een bericht dat op 30 januari j.l. de griel was gezien op de Tindayavlakte. Tja…de vraag is: zit ie er nog steeds of is ie al gevlogen? Maar…hij staat op de lijst. We willen ook meer zien van de westkust en besluiten eerst naar Aguy te rijden, dat wordt beschreven als een charmant en authentiek vissersdorp. 

Onderweg bij een uitzichtpunt is het behoorlijk druk met auto’s en een bus… Allemaal op weg naar Aguy? Het lukt me bijna niet om het monument dat er staat vrij van toeristen te fotograferen, omdat iedereen er samen mee op de foto wil. De beelden worden bevoeld en beklopt, vrouwen omarmen hartstochtelijk de stam van een apart boompje dat er staat en worden in die pose vereeuwigd, kortom: wegwezen hier! 

Betancuria, de voormalige hoofdstad van het eiland, laten we links liggen…druk!! In Vega de Rio Palmas stoppen we wel. Klein, rustig dorpsplein, mooie kleine oude kerk, chocomel op een bankje.

Onderweg

Aguy

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij het volgende uitkijkpunt is het rustig en we zien er de Barbarijse grondeekhoorn voor het eerst van dichtbij. Dit ‘dankzij’ de enkele toeristen, die in weerwil van een verbodsbord, toch de diertjes voeren, teneinde ze te kunnen fotograferen. Ik geef toe dat ik ervan mee profiteer en een foto maak. Nu, thuisgekomen, lees ik op internet dat deze geïmporteerde diertjes een ecologische ramp vormen en hier geen natuurlijke vijanden hebben. Er zijn er miljoenen op het eiland. 

Verder zien we heel kleine vogels, die ook vrij dichtbij komen. We hebben geen idee welke het zijn. De volgende plaats is Pájara, waar we gisteren waren, maar onderweg ernaartoe hebben we wat oponthoud. De bergweg is mooi, bochtig, niet echt breed en in plaats van een vangrail staan er betonnen blokken aan de kant van de afgrond. Tussen twee bochten in komen we tegenover een toeristenbus te staan, die op onze weghelft rijdt om alvast de bocht goed te kunnen inzetten. Linksom of rechtsom, we kunnen elkaar zo niet passeren, wat normaal gesproken, qua breedte van de weg wel zou lukken. De buschauffeur gebaart vanachter zijn stuur dat ik achteruit moet, opzij…weet ik veel. Ik probeer wat, maar achter mij hopen de auto’s zich op en achter de bus staat ook al een rij. Het is een soort patstelling. Driftig springt de bestuurder uit de bus en begint in het Spaans tegen me te schreeuwen. Nu ben ik daar niet van onder de indruk en samen met een wachtende Engelsman probeer ik hem duidelijk te maken dat we elkaar kunnen passeren als hij de bus een metertje opzij zet, wat nog mogelijk is. Geen beginnen aan en de chauffeur vraagt of hij met onze auto aan de slag mag. Ik vind het best, mij gaat dat niet lukken, ik heb te slecht zicht door de spiegels om te zien wat ik in deze bocht en deze chaos wel en niet kan doen. De wachtende auto’s zijn bereid om voor de chauffeur allemaal wat achteruit te rijden en zo komt het goed. Jammer dat ik er geen foto van heb.

Los Molinos

Waar ligt de slaper?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Als we Aguy naderen, zien we van een afstand de geparkeerde auto’s staan…dus toeristen. Alleen eigen volk mag het dorp in. Aan welke politicus doet mij dat denken? Nee, even serieus: ik vind het  heel begrijpelijk. 

Er is een mooi zwart strand met ook keien en ondanks de vele auto’s maakt het afgezien van een paar volle terrassen toch een vrij ontspannen indruk. We lopen het strand op en neer en kiezen daarna niet voor de dichtstbijzijnde terrassen. Er vlakbij zit een vrouw accordeon te spelen met versterker, waardoor je op het terras waarschijnlijk de branding niet eens meer hoort en misschien ook niet rustig met elkaar kan praten. Het moest verboden worden. We kiezen een wat verder weg gelegen eettent, waar we buiten een heerlijke ensalada eten, mede omdat we gisteravond groente misten. In plaats van de accordeon, maakt hier de vrouw in de bediening veel lawaai. Gelukkig is ze ook af en toe binnen. 

Tweede plaats (gehucht) van bestemming: Los Molinos, direct aan zee. Geen molen te zien, wel de laatste plasjes van een opgedroogde rivier, twee bar/restaurants zonder commercieel uiterlijk en wat huizen in originele staat, waarvoor de bevolking op de stoep ligt te slapen. Een paar toeristen hangen er rond en als je te dicht bij een woning komt, word je door het huishondje bijna in je kuiten gebeten. Heerlijk om er een tijd op een plankier te zitten en verder niks.

Meer Los Molinos

Hier zaten wij

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Terwijl we terug naar de auto lopen, klinkt er in het ene café live Spaanse gitaar. Niet voor toeristen, maar gewoon…omdat ze het zelf leuk vinden. Nu denk ik: waarom zijn we daar niet naar binnen gegaan? 

Laatste vraag: gaan we nog naar Tindaya om de griel te zoeken? Ik laat het aan Gerda over. Het wordt al wat later en we zullen toch moeten zoeken naar het dier dus….beter morgen. Bovendien leest ze dat je de griel vooral ‘s nachts kan zien! Overdag is hij heel moeilijk te ontdekken wegens zijn schutkleur…je moet hem horen.

Ook lezen we dat een (overleden) kunstenaar een plan had om een berg bij het dorp Tindaya uit te hollen, met de bedoeling dat mensen zich in die ruimte heel klein zouden voelen. Als ik het goed begrijp, kreeg hij geen toestemming, maar gaan er nu stemmen op om het project toch uit te voeren. Wij zijn tegen! 

Onderweg naar huis zag Gerda een gebouwtje met een grote bol op het dak. We zijn er heen gereden en mogelijk heeft ze gelijk, is het een koepel van een sterrenkijker. 

Menu van de dag: soep/bouillon met kruiden en munt, witte bonenschotel met chorizo voor Gerda, kikkererwten met kip, aardappel, kruiden voor mij. Gratis toetje: perzik met slagroom. 

Na het eten praten we even met Victoria en Santiago over de fantastische film Vengo en de muziek daarin. Ik zoek op de iPad het lied ‘Naci en Alamo’ op en ga terug om het hun te laten horen. Succes! 

En de piepkleine vogels daar bij de eekhoorns waren Berthelots Piepers. 

Tijd om te rusten. Tot morgen!

 

 

 

 

 

2 thoughts on “Iets met een bus..

  1. Weer een erg leuk verhaal en foto’s. Zal de griel en die andere vogels waar ik nog nooit van heb gehoord eens opzoeken

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*
*
Website