Vrijdag 4 juni 2021
De televisietoren van Goes was gisteravond van top tot teen verlicht. Het deed me direct denken aan de torens in Dubai, die uiteraard veel hoger zijn. Excuses voor het geval deze opmerking wat snobistisch overkomt, maar ik vertel het zoals het was.
Wat een heerlijke nacht, zo helemaal alleen aan de Oosterschelde. Uit je Plaat! En wat een ochtendsfeer. Het is diezig in de verte, rimpelloos met slechts een vermoeden van horizon. De geremde zonnestralen maken de leegte toch licht.
Zuid-Beveland met de markante bomenrij, die Gerda terecht aan Jan Mankes doet denken, drijft grijs en onscherp tussen water en lucht.
Er gebeuren vaak kleine, onbegrijpelijke en onbelangrijke dingen. Zoals een auto met man en hond, die de parkeerplaats komt oprijden, in één beweging draait en weer vertrekt. Tien minuten later: herhaling met andere auto andere man en andere hond. Het kan toch niet zo zijn dat ze van onze aanwezigheid schrikken omdat ze hier clandestien hun hond uit wilden laten. Want op het infobord zagen we dat het verboden is om langs dit stuk dijk te lopen om reden van broedgebied.
Na het ontbijt parkeren er twee meiden hun auto precies voor ons uitzicht. Gerda gaat beleefd vragen of ze van plan zijn om lang te blijven en zo ja of ze dan misschien hun auto op een andere plek zouden willen zetten. Eigenlijk zijn wij best wel vervelende toeristen.
“We zijn zó weer vertrokken hoor”, zegt de ene, “we komen even geocachen. Gisteren waren we hier ook al, maar toen is het niet gelukt omdat het water al te hoog stond”. Intussen stapt haar maatje uit de auto gekleed in een soort rubberen jumpsuit.
“Waar ligt de cache dan die jullie zoeken?”, vraagt Gerda haar.
Ze zegt dat ze bij de laatste paal moet zijn van het korte overblijfsel van een vroeger paalhoofd. Even een stukje waden en ze heeft de cache te pakken.
Vogeltechnisch gesproken valt er niet veel te beleven, een kwikstaart en een graspieper. Die laatste wordt vogel van de dag.
Rond het middaguur vertrekken we naar Zuid-Beveland. Over Kattendijke en Wemeldinge naar Yerseke voor de weekendboodschappen. Winkelen op zondag durven we niet op te rekenen. Daarna zien we op de kaart met kleine letters ‘Roelshoek’ aan het water. Nooit van gehoord, misschien een leuke plek voor de lunch. Het wordt een latere lunch dan gehoopt. Waze raakt danig in de war van de navigatieopdracht en wij niet minder. Veel wegjes zijn afgesloten voor auto’s en na veel omzwervingen komen we terecht op een doodlopend, onverhard pad in een grote boomgaard. Dat wordt een stuk achteruit rijden langs de sloot (angstdroom van Gerda) en daarna boven op een erg smal dijkje drie maal steken om een bochtje van 30° te nemen. Van die dingen. Als we er volgens Waze bijna zijn, kunnen we nóg steeds niet aan het water komen tot een stel dorpelingen, die op de dijk staan te praten ons de juiste toegang wijzen.
Roelshoek maakt alles wél goed; het is een ruime plek alweer aan een voormalige Oosterscheldehaven.
Net achter ons staat op een verhoging een klein tja, hoe moet ik het noemen, hok of huisje met veel ramen. Binnen staat een vrouw te schilderen, kunstschilderen wel te verstaan. Een groepje jongens speelt in het water tussen de bootjes die er voor anker liggen. Net om de bocht ligt een, waarschijnlijk opgespoten strand.
Na de lunch besluiten we om hier te blijven, alleen ben ik bang dat we een beetje krap zitten met water. Niet met de flessen drinkwater, maar met het water voor de afwas en zo dat in de tank zit. Gerda trekt de stoute schoenen aan en gaat aan de schilderes vragen of we wat water van haar mogen. Terwijl zij daarmee bezig is, heb ik zicht op twee pubermeiden die met dezelfde jurken aan op de oude steiger foto’s gaan maken. De éne zet een klein statief neer voor haar telefoon en onder uitroepen als: “Dit worden de mooiste Insta-foto’s die we ooit gemaakt hebben”, gaat ze aan de slag. Geestig om te zien en Gerda komt terug met de jerrycan vol water. Ze was zo lang bezig dat ik dacht die is al model aan het zitten!
Om een uur of 4 valt de regen, die we al een tijdje zagen hangen. Het stelt niet veel voor en daarna blijft het warm genoeg.
‘t Is even schrikken van een paar erg luidruchtige scooters, in die zin dat ik me afvraag of dit misschien een hangplek is voor plaatselijke jongeren, burn-out en/of dronken, die vanavond massaal hierheen komen. Dat zie je wel vaker op van die christelijke dorpen. En dat is Krabbendijke.
Nog een bedreiging: tijdens het koken parkeert op een paar meter naast ons een zwarte VW-bus. Wederom ons uitzicht weg plus de privacy. Gerda gaat weer informeren. Het valt mee. Het is een echtpaar met 3 kleinkinderen, die vanaf de camping in Yerseke hier een ijsje komen kopen.
Tegelijk met het onweer dat losbarst, beginnen achter de dijk de anti-hagelkanonnen van de fruittelers te knallen. Het lijkt wel Oud&Nieuw. Door de harde wind slaat de regen met veel kabaal op de daktent, die lekker staat te klapperen. Dat wordt beneden slapen.
Als we dan eenmaal liggen, blijkt dat Gerda aan het tobben is over overstroming; zou het water met vloed niet zo hoog komen dat het onze bus bereikt? Haar zus Elly waarschuwde er vandaag voor door de telefoon. It runs in the family!
Ha Riet, wat een mooie bus. Bevalt de techniek van de T6.
Ik begrijp dat er bij het bed ook mooie led-lampjes zijn aangebracht. Een goede verbetering?
En de matrassen ook een verbetering? Zitten er nog meer nieuwe snufjes in? En het rijden met de milieuvriendelijke motor, is dat anders dan met de T5? Nog een mooie zonnige week toegewenst en liefs van W&A.
Hi Anneke, leuk om van je te horen! Laten we over al je vragen maar eens bellen. Dat lijkt ons handiger. Lieve groet en tot gauw.
Prachtig uitzicht en mooie woorden! Riet op schrift en Gerda als waterdrager en uitzicht bewaker! 😁👍
Dank dank Corien! Ook jij hebt het weer prima verwoord! 🙂