Op zoek naar de Donau (copyright Wim)

Dinsdag 18 april 2017

Dat was beslist geen hazenslaapje vannacht bij het koolzaad. We sliepen als beren, wat een rust.
Direct al twee verrassingen: bij mijn natuurtoilet staan 2 fiere, vuurrode tulpen. Zo kom je ook een beetje thuis. En boven het koolzaad zweven in de felle ochtendzon twee kiekendieven. Welk type heeft Gerda niet kunnen zien, maar toch: vogel van de dag.
Verder voorziet ons dorp in diesel en WiFi, het laatste samen met heerlijke koffie in een Gasthof, waar de locals als vóór tienen achter grote glazen witte wijn zitten.
Wij vertrekken ook afgetankt richting Boedapest.

De grensovergang na Nickelsdorf levert geen problemen op. Dat kan je niet zeggen als je vanuit Hongarije komt. Kilometers file voor de Oostenrijkse douane.
Onze nieuwe Garmin DriveAssist 50 LMT-D 5 (jawel) ligt aangelijnd en werkt: voor elk verkeersbord met een overspringend hert erop, geeft hij een plong. En hij slaat geen hert over! Maar als je in je auto zit, net als gisteravond en de herten vliegen om je oren, dan hoor je niks. Daar heb je echt wat aan.
Voorts het saaie, Hongaarse landschap, althans het gedeelte waar wij doorheen rijden. We herinneren het ons van vorige ritten. Wat wel mooi is, zijn de bloeiende seringen. Dikke lila bossen langs de weg. In Oostenrijk waren de vele bloesems ook prachtig om te zien, zeker in combinatie met de natte sneeuw!
Het wil nog niet warmer worden; 8,5 Celsius met zonneschijn, dat dan wel weer.

Saai..

Grens

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De grens. Gerda wijkt af van de banen voor personenauto’s en neemt de baan voor de bussen:
“Ja eh, we moeten nog een vignet kopen, dus misschien moet dat daar!”
De hokjes zijn leeg en de slagbomen dicht. Niemand te zien. Naast ons, ontoegankelijk door een rijbaanafscheiding, trekken de auto’s langs de loketten de grens over. Ik stap uit en loop naar een beambte in een hokje. Tussen twee auto’s door roep ik: “Vignet?!” en wijs naar de stille gebouwen bij de busovergang.
De man kijkt me vernietigend aan en snauwt: “Nicht vignet! Andere grenze!” En bedankt.
Als ik terug bij onze auto’s ben, gaat bij de levenloze gebouwen een deur open en een man begint te schreeuwen terwijl hij met z’n arm in de rondte draait. De boodschap is duidelijk: omkeren en tegen de richting in naar de goeie banen.
Een paar honderd meter verder is de Servische douane. De paspoortcontroles gaan snel. Weer vragen we naar het vignet. “No vignet! Autobahn stop. Bezahlen!”

We zijn in Servië. Landschaptechnisch gesproken, kan je net zo goed thuisblijven; plat, veel geëgd land, jong groen koren en je zou een stuk betere wegen hebben dan hier.

Na Novi Sad loopt de weg langs de Donau. We besluiten om in die buurt een afslag te nemen en een plek langs de rivier te zoeken. Als we van de weg af gaan en in het eerste dorp (Krcedin) terechtkomen, wordt het direct een stuk spannender. Van het ene op het andere moment zijn we in een andere wereld. Wat een simpele, maar aparte huizen, met een brede grasstrook er voor. Café’s die er uitzien als schuren en waar je, als je er één keer binnengaat, voor sluitingstijd niet meer uit komt. Winkels, zoals we ze graag zien. In elk geval op reis; je moet er natuurlijk niet aan denken dat je op IJburg bij dat soort zaken je boodschappen moet doen!

Bij de kerk of bij de Donau?

Kaart voor Marja

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Er is een mooie kerk met parkeerplaatsen er voor en we overwegen om er te blijven staan. Aan de andere kant trekt de Donau. Hoe mooi kan het zijn om aan haar oever te overnachten.
Wim kijkt op de TomTom en meldt dat het 6 km. rijden is. We gaan ervoor! Die zes kilometers lijken veel langer omdat de smalle weg abominabel slecht is. De helft van het asfalt is verdwenen en er zijn scherpe randen waar je je banden aan open zou snijden.
Bij een smal zandpad slaan we linksaf richting rivier. Het pad wordt hoe langer hoe smaller en steiler. Op een splitsing stoppen we, alvorens te beslissen of we links- of rechtsaf gaan. Op deze paden kunnen we niet keren met de auto’s, de bomen staan vlak langs het pad.
Wim en Gerda gaan beide paden te voet verkennen en komen terug met de boodschap ‘omkeren en wegwezen’.
We rijden door en komen bij een andere afslag, die wat toegankelijker lijkt. Weer twijfel… Ineens is het voor Gerda genoeg. Er is intussen aardig wat tijd verstreken en ze stelt voor om een eindje terug te rijden naar een parkeerterrein bij een kleinschalig soort pretpark. Wim en ik vinden het een goed idee, hoewel ik benieuwd blijf naar het eindpunt van deze weg.

Het parkeerterrein is leeg op één auto van de beheerder na. We staan er prima. Af en toe komen er auto’s van de weg af om even om ons heen te rijden. Andere auto’s komen aan over de weg, kijken even naar ons en keren dan om.
Het is een uur of acht als de beheerder vertrekt nadat een andere auto een man heeft afgezet, die waarschijnlijk nachtdienst heeft.
Wij zitten intussen te eten, maar als ik de nieuwe man de ketting voor de ingang van de parkeerplaats zie hangen, vind ik dat ik naar buiten moet. De man was ook net onderweg naar ons. Hij maakt direct een ‘slaapgebaar’ met beide handen langs zijn gezicht. Als ik knik, steekt hij zijn duim omhoog: prima, geen enkel probleem en hij maakt me duidelijk dat hij vannacht op ons zal passen.
Hij vertelde er niet bij dat hij een labrador bij zich heeft, waarvan Gerda zich de tering schrok toen ze in het donker de bus van Wim uitstapte. Gelukkig is het dier goed opgevoed; hij/zij komt tot op een meter afstand en blijft dan staan. Gewoon, zonder dat de baas in de buurt is.
Intussen is het gelukkig weer gaan regenen. Bedenk daar de harde, koude wind bij en je hebt het plaatje compleet.

Vanochtend scheen de zon nog in de slaapkamer

Menu van de dag: rijst met gember, knoflook, gemalen koriander, sojasaus. Restje boontjes van gisteren, aspergetips en merguez worstjes.

Andere vogels: bonte kraai, gierzwaluw, kuifleeuwerik en veel torenvalken. Plus een kneu bij de douane: grensgeval.

O ja en hoe het voelt: ik merk dat ik wat ongeduldig word als het landschap saai is. Zo van…het moet niet te lang meer duren voor we er zijn. Als ik dan aan Turkije denk, word ik weer blij, omdat ik dat zo’n prachtig land vind. Het reisritme begint te wennen. Mijn geest word rustiger en ik kan me hoe langer hoe meer puur verheugen op wat gaat komen.

Dit artikel is geplaatst in Iran. Markeer de permalink als favoriet.

6 thoughts on “Op zoek naar de Donau (copyright Wim)

  1. Lieve alledrie, wat leuk om mee te reizen ,dankzij jouw verhaal Riet! Ik zie alles levendig voor me en geniet mee. Hopelijk komen jullie snel in mooi en afwisselend landschap! En hopelijk gaat de zon snel schijnen!
    Doe voorzichtig en liefs!

  2. wat schrijf je leuk Riet, heel beeldend, leuk zo mee te reizen,nog even…. en je bent in Turkije…..veel plezier voor jullie alle drie.
    En Wim ? Lekker alleen rijden of wisselen jullie al af?

    • Hi Ireen, dank voor je bericht! Leuk om van je te horen. Wim rijdt tot nu toe alleen…gaat goed! Lieve groet van ons 3en!

  3. Ha Riet, Ger en Wim, Het klinkt tot nu toe als doorreis en nog niet als ‘wat is het hier mooi!” maar het landschap lijkt inderdaad redelijk saai. Als opkikker: In Nederland staat een koude harde wind( wel zon) en er wordt morgen regen verwacht. ( dan heb ik een roeitocht) Blijf genieten en we lezen graag mee. Liefs Dirk en Saskia

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*
*
Website