Dinsdag 1 juni 2021
Vijf nullen
Het dak hadden we vannacht dichtgelaten om de aandacht niet naar ons toe te trekken. Dat lijkt aardig gelukt; we staan nog op dezelfde plek en hebben goed genoeg geslapen.
Omdat ik gisteren niet heb geschreven, ga ik na het ontbijt aan de slag. Gerda verkent intussen de naaste omgeving, hoort vogels, ziet citroenvlinders en een vogelgids. Ik bedoel een levende, geen boek. Hij herkent zowat alle vogels direct aan de zang en daar is ze danig van onder de indruk.
Vlakbij is een mooi, betrekkelijk klein water, de Tenellaplas. Oppervlakte 3 ha. zegt Wikipedia.
Na de koffie vertrekt Ger wederom. Nu voor een langere route richting het strand van Rockanje met een pakje chocomel inclusief papieren rietje op zak, teneinde 1) de barre invloeden van de klimaatverandering het hoofd te kunnen bieden 2) het milieu niet met nòg meer plastic te belasten en 3) op aanraden van de gids. Die papieren rietjes zijn trouwens niks waard; je kan er geen deuk(je) mee in een pak boter slaan, laat staan het weerbarstige en veerkrachtige rondje folie doorprikken dat de toegang afsluit tot het drankje dat ik als kind al zo lekker vond. Elke zondagmiddag kreeg ik een flesje chocomel in het café van mijn oom Willem, terwijl mijn vader aan het krulbollen was.
Ik maak intussen mijn verslag af, maar bij het uploaden van de foto’s gaat het mis: te veel MB’s voor het blog. Had ik bij de vorige host geen last van. Vlug Jeroen, onze trouwe fixer gebeld, die in no time het upload maximum verhoogt.
Intussen hebben we na de wandeling van Gerda de koffie op; tijd voor vertrek. Via de Plus-supermarkt in Rockanje en de Haringvlietdam – ja het zijn spannende tijden! – komen we terecht in Stellendam, waar met zicht op de buitenhaven de apotheose van dit blogavontuur plaatsvindt. In deze stilte met weinig volk en een strakke frisse wind van zee.
Want wat ook is veranderd bij het blog, is dat het verslag niet automatisch meer op Facebook wordt geplaatst. Tijdens mijn pogingen om het zelf op mijn pagina te kopiëren slaat er vanalles op hol, foutmeldingen etc. De iPad opnieuw starten lijkt de enige oplossing, ware het niet dat ik daarna herhaaldelijk een melding krijg dat de simkaart is vergrendeld. Huh? … de simkaart?? Welke simkaart? Het duurt even voor ik me realiseer dat het de KPN-simkaart is van het mobiele abonnement dat ik aanschafte om tijdens omzwervingen als deze niet afhankelijk te zijn van WiFi. En natuurlijk ligt de kaart waar de inlog- en PUKcode op staan thuis.
Eens kijken of de KPN ook goeie fixers in huis heeft, die bovendien bereid zijn mij te helpen. Ze denken vast dat ik met een smoes iets gedaan wil krijgen. Niets is minder waar. Een erg vriendelijke man stelt mij voor om als code eens vier nullen in te vullen. Op het moment dat hij het zegt, weet ik dat dat de oplossing is. In een flits zie ik de kaart voor me waar de codes op staan en voel me de vijfde supergrote NUL!
Het is vier uur als alle spanning is gezakt en Gerda neemt een biertje. Even overleggen of we hier voor de nacht zullen blijven. Er staat nergens dat het niet mag. We staan een beetje scheef, maar daar zijn oprijblokken voor. Aan de andere kant: het is nog redelijk vroeg en met weinig rijden, laden de accu’s niet veel op. Hoewel…deze Coast heeft een sneloplaadmogelijkheid. Die moeten we ook uitproberen.
We gaan door. Nemen mooie binnenwegen, genieten van het jonge groen, de bloesems en bekijken het schilderachtige gehucht Havenhoofd. Geschikte slaapplekken zien we niet echt. Bij Goedereede, na een bocht terug richting Havenhoofd, ligt naast de weg een zo te zien nutteloos terrein van betonnen platen. Het is een ideale slaapplaats, ware het niet dat we tijdens ons vorige tochtje door eigen land van een soortgelijke ondergrond werden verjaagd door een boze boer, omdat het zíjn eigendom was. Geef hem eens ongelijk, maar toch.
We blijven. Aan drie kanten omringd door bomen met daaronder hoog gras, fluitekruid, brandnetels en ander gespuis, vóór ons het platte boerenland. Vanaf de weg zicht op de stompe toren van Goedereede.
Om ons heen is het een gekwinkeleer van allerlei vogels, waarvan we er slechts enkele zien, zoals de merel en de roodborst. Dan ineens veert Gerda op: de koekoek! Ze moppert al weken dat ze hem dit jaar nog niet heeft gehoord. Hèhè.
In de loop van de avond arriveert er in ons kleine bos een fazant, het kunnen er ook twee zijn. Om de 20 seconden klinkt de rasperige kreet, direct gevolgd door het veel doffere geluid van het schudden van de veren. We slapen boven in de ‘tent’ en ik moet er niet aan denken dat dit de hele nacht zo doorgaat.
“Ik ben wel blij dat er geen duiven zijn”, zegt Ger. En verdomd, ze heeft het nog niet gezegd of het begint te roekóékoekoe-en. Wens ons maar sterkte.
Hoi Gerda en Riet!
Fijn om te lezen dat jullie weer het land afschuimen op zoek naar verrassingen en avontuur!
Geen verse vis gegeten in de haven van Stellendam?
Veel plezier!
Groet,Gerrit
Nee Gerrit, geen vis gegeten daar. Beetje dom misschien…. 😉