Vrijdag 28 juni 2019
Met de mededeling: “De dames-wc’s zijn weer open”, komt Gerda blij terug van het gebouwtje met de publieke toiletten. Gisteren toen we aankwamen, waren ze gesloten en op een papiertje stond dat je de sleutel kon ophalen in Margaret Street. Dan maar naar de mannen-wc’s waar het verschrikkelijk naar pis stonk, zo erg dat Gerda er gisteravond een kwartier over heeft moeten doen vóór ze de moed bijeen had geraapt om er heen te gaan. Als het mijn tijd is om er gebruik van te maken, merk ik pas hoe ruim ze hier het woord ‘open’ interpreteren: alle sloten van de wc-deuren zijn kapot. Er wordt trouwens ontzettend veel gebruik gemaakt van die toiletten. Op een gegeven moment parkeert een vrouw haar auto naast ons en komt direct op de ramen van de schuifdeur kloppen: “Good morning, can I ask you a huge favour?” Gerda opent de deur en antwoord bevestigend. “My baby is sleeping in the car and I have to go to the toilet. Could you please pay attention to my child, while I’m away?” Dat willen we wel. Een andere vrouw parkeert haar auto aan onze andere kant, draait het raampje open en steekt een sigaret op. Als die op is, stapt ze uit en steekt direct een tweede aan. Even later komt Ger haar tegen, zegt ze spontaan: “If I don’t stop smoking I will soon be dead”.
Stonehaven is een vrij grote plaats, met een vrij grote Coop, waar we voor vertrek naar toe gaan. Laat Ger nou op de hoek van het plein een, naar haar zeggen, hele goeie slager hebben gezien! Ze heeft gelijk; er zijn meer Pieten in Schotland dan in Nederland zou je denken. Gemakshalve kopen we weer worstjes en ik ben blij dat ik even vraag wat het woord ‘venison’ betekent. Die worstjes zijn wat donkerder van kleur dan de ‘beef’ en ik denk misschien zit er een lekker kruid in. Het betekent ‘hert’! Goed dat we het even vroegen, dan nemen we rund, want wij zijn niet zo van de hertensmaak.
Het Dunnottan Castle, althans de ruïne ervan, had ik op de kaart gezien en dacht ‘het wordt weer eens tijd voor een kasteel, dus laten we deze doen’. Op de foto leek het meer dan een paar afgebrokkelde muurtjes, dus misschien best interessant. Helaas rijden we de typisch Schotse afslag voorbij en er is geen mogelijkheid om tijdens de eerstvolgende kilometers erná om te keren.
Een Schotse afslag is een onopvallend klein bord in de berm met de naam van de bezienswaardigheid erop, precies op het punt waar je moet afslaan. Niks anticiperen, alvast richting aangeven o.i.d., nee bóven op de rem en terwijl je de bocht inzet nog vlug de richtingaanwijzer aan. En dan hopen dat de auto die steeds op je bumper hangt omdat jij op een smalle tweebaansweg geen 97 km./uur rijdt, een meer dan gemiddeld reactievermogen heeft. Even wat cognitieve dissonantie: uiteindelijk zien die ruïnes er allemaal (bijna) hetzelfde uit. Volgens mij zeggen ze hier: if you’ve seen one you’ve seen them all.
In tegenstelling tot een wegje missen, rijden we ook veel smalle wegen in, die volgens Gerda lijken op het fietspad bij Langevelderslag, die nergens toe leiden. Dat wil zeggen, ze eindigen op een boerenerf, een bedrijfsterrein of caravanpark en bovendien worden ze hoe langer hoe meer onberijdbaar; je begint met asfalt en eindigt met potholes, onverhard en diepe kuilen.
Waar we ook speciaal naar toe rijden is het oude kerkje van Kinneff, dat wil zeggen: geen kerkje te zien, maar mogelijk missen we een paar verbrokkelde stenen ergens tussen het gras.
Van Catterline worden we blij; een kleine baai met scheve bultrotsen, waar we helemaal alleen in de zon lunchen. Gourdon, ook leuk, alleen nergens vinden we een geschikte standplaats: Johnshaven, Milton Ness, niks lukt.
En dan, kort na St. Cyrus een bord ‘Nature Reserve’. Hoopvol door de goeie ervaringen bij Forvie slaan we af en niet tevergeefs. Terrein bij de duinen, waar een toegangspoort staat van 2,10 meter hoog, waar wij onderdoor kunnen, maar veel andere campers niet. Het is niet ver lopen naar een lang, breed strand, dat zich uitstrekt links en rechts van de monding van de rivier North Esk. Echt rustig is het nog niet, het informatiecentrum ligt betrekkelijk dicht bij het dorp en veel mensen komen hier met hun honden wandelen. Maar als dat klaar is, blijven we alleen over met nog een VW helemaal aan de andere kant van het terrein achter bosjes en een paar ‘dissidenten’ die na sluitingstijd een alternatief aan de overkant hebben gevonden.
Vogels van de dag: jonge boerenzwaluwen, die op de leuning van de houten brug naar het strand zaten en zo relaxt of onervaren waren dat je ze bijna kon pakken.
Die vogels van de dag zijn altijd leuk, maar ik mis tegenwoordig wel het ‘menu van de dag’ . Kreeg ik altijd acuut honger van:)
Komt voor de bakker!!